Skip to main content

30e jaargang nr. 6 (juli 2016)
thema: Vluchtelingen

J. Verboom
Met passie getuigen…
Openbaring 11:1-14

Zoals zoveel gedeelten in Openbaring heeft ook hoofdstuk 11 wel iets van een cryptogram. Dit gegeven gebruik ik als raamwerk voor de preek en op die manier wil ik de fascinatie van de luisteraars opwekken voor deze ‘puzzel’ die Johannes ons voorlegt.
Johannes schrijft over twee getuigen die van God de opdracht krijgen om profetisch te getuigen van God en van Zijn koninkrijk. ‘Zij zijn de twee olijfbomen en de twee lampenstandaards die voor de HEER van de wereld staan’ aldus de eerste cryptische aanwijzing in vers 4.
De betekenis ervan vinden we in de profetie van Zacharia 4 waar Zerubbabel, een Israëlische prins, en Jozua, een priester, als olijfboom en lampenstandaard worden aangeduid. Zij waren de eersten die terugkeerden uit de ballingschap met de opdracht om de verwoeste tempel van Jeruzalem weer op te bouwen. Dat leek een onmogelijke opdracht, maar de profeet Zacharia, tijdgenoot van Zerubbabel en Jozua, ziet in een nachtelijk visioen de kandelaar in de tempel weer branden. En het licht van de kandelaar wordt gevoed door olijfolie die direct wordt aangevoerd door twee olijfbomen. De betekenis van het visioen wordt samengevat in de sleuteltekst: “Niet door kracht en niet door geweld maar door mijn Geest zal het gebeuren, zegt de HEER van de hemelse machten.” (Zach. 4:6). Hiermee is het centrale thema van de preek gegeven: niet alleen de inhoud van ons getuigenis is belangrijk, maar ook de houding waarmee we getuigen.

Dit lijkt me een belangrijke boodschap in een samenleving waarin velen religie associëren met geweld. Twee dagen na het houden van de preek vonden de terreuraanslagen in België plaats.

Radicaal
Na deze eerste cryptische verwijzing naar de sleuteltekst in Zacharia lezen we juist over kracht en geweld. De twee getuigen krijgen de beschikking over geweldige krachten. Vuur uit hun mond verteert iedereen die hun kwaad wil doen, machtige tekenen en wonderen onderstrepen hun boodschap. Het roept de herinnering op aan de twee grootste profeten van het Oude Testament: Mozes en Elia. Beide profeten riepen Israël op tot radicaliteit in het dienen van God. De tijdgenoten van Johannes, christenen in het Romeinse Rijk, kregen te maken met vervolging. Maar via deze cryptische verwijzing naar Mozes en Elia, roept Johannes hen op om radicaal te zijn in het dienen van God. Dat geldt ook voor ons.

Op dit punt besef ik dat de oproep tot radicaliteit niet specifiek is ingevuld. Welke keuzen worden er van ons gevraagd? Is het mogelijk om op een goede manier radicaal te zijn in je geloof?

Vuur spuwen…
Radicaal zijn deze twee mysterieuze getuigen zeker. Ze spuwen meer vuur dan Elia en ze doen grotere wonderen dan Mozes, en toch krijg ik er een onbehaaglijk gevoel bij. De missie van deze getuigen was gestempeld door het woord van Zacharia ‘niet door kracht en niet door geweld maar door mijn Geest’. Maar hun stijl is niet de stijl van Jezus. Zij hebben de macht… dat wordt drie keer van hen gezegd. Maar geloof en macht gaan moeilijk samen. Zou het kunnen dat de twee getuigen zijn gevallen voor de verleiding van de macht? Weliswaar geeft het gedeelte hier geen directe aanwijzing voor, maar tegelijk valt hun aanpak moeilijk te rijmen met de woorden van Zacharia.

Ik besluit om het gedeelte te laten ‘schuren’ met een stukje uit Lukas waarin het vuur uit de hemel ook een centraal gegeven is.

Vuur uit de hemel
De evangelist Lukas vertelt dat de inwoners van een dorpje in Samaria Jezus de toegang tot hun dorp weigeren. Toen de leerlingen Jakobus en Johannes merkten dat Jezus niet welkom was, vroegen ze: “Heer, wilt U dat wij vuur uit de hemel afroepen dat hen zal verteren?”
Ik herken dat. Als ik in de krant lees dat er belangrijke IS-strijders gedood zijn bij luchtaanvallen dan denk ik bij mezelf: konden we nog maar wat meer vuur uit de hemel laten regenen om deze vijanden van de mensheid te verteren. Hun onmenselijke wreedheid roept in mij een even onmenselijke haat wakker. Voor ik er erg in heb raak ik zelf verstrikt in het cryptogram van haat en geweld…
Hoe anders is de reactie van Jezus. Hij draaide zich naar Jacobus en Johannes om en wees hen streng terecht. Radicaal zijn is riskant! Voor ik het weet voel ik mij beter dan een ander, maar dan sta ik wel met mijn rug naar Jezus toe en raakt Hij buiten beeld. Gelukkig weet Hij mij te vinden, draait zich naar me om en zegt: heb je vijanden lief, zegen wie je vervolgen… Oog in oog met Hem dringt het besef bij me door dat ik deze liefde niet zelf in huis heb. Opeens bevind ik mezelf middenin dit Bijbelverhaal. Vuur spuwen en geweld uitoefenen blijken ook mijn natuurlijke reactie op geweld.

Ik kies ervoor om nadrukkelijk ‘ik’ te zeggen in dit stukje in de verwachting dat velen in de kerk zich met mij kunnen identificeren.

De Geest gaat verder…
Opeens neemt het verhaal een dramatische wending. Het beest uit de afgrond wint het van de getuigen, doodt hen en iedereen is opgelucht. Hun lichamen liggen daar, drie en een halve dag na hun bediening van twaalfhonderdzestig dagen, ofwel drie en een half jaar. Opnieuw een cryptische aanwijzing, want deze tijden doen denken aan Jezus. Hij werd na een bediening van ruim drie jaar gedood en verbleef drie dagen in het graf. Jezus wordt in dit verhaal niet genoemd, maar om Hem gaat het! Hij kwam niet om vuur te spuwen, Hij kwam om zijn vijanden lief te hebben tot het uiterste. Van Hem leren we dat de enige radicaliteit waar zegen van uitgaat de radicaliteit van zijn liefde is. Het enige getuigenis dat echt overtuigt is de gezindheid van Christus.
In hun dood zijn deze twee getuigen één met Christus. Nu ze zelf niets meer kunnen zeggen, niets meer kunnen doen, nu blijkt de waarheid van het profetisch getuigenis ‘niet door kracht of door geweld maar door mijn Geest’. Want de Geest gaat verder, waar wij dat niet meer kunnen… Het is de Geest die hen doet opstaan uit de dood. Hun vuur kon niemand overtuigen, hun macht keerde zich tegen hen, maar nu ze met Christus zijn gestorven en met Hem zijn opgestaan, laat de Geest hun getuigenis vrucht dragen.
Dit profetische woord wijst ons als kerk in Nederland nieuwe wegen. Waar mensen opgelucht adem halen als de kerk verdwijnt, is de kerk geroepen om de weg van Christus te gaan. Om met passie te getuigen en dit getuigenis in praktijk te brengen door mensen lief te hebben tot het uiterste. Heel nadrukkelijk herinnert Johannes, de schrijver van Openbaring, ons eraan, niet alleen dat we geroepen zijn om te getuigen van God, maar ook om te bedenken hoe we getuigen willen zijn. Waar een militant geloof toe in staat is, weten we maar al te goed. Maar iemand die uit liefde bereid is om zelfs te sterven voor zijn vijanden maakt nieuwsgierig.
Waar mensen met passie getuigen, niet uit fanatisme, maar vol liefde, worden zij zelf een cryptogram voor hun omgeving en brengen in praktijk wat Franciscus van Assisi zo mooi verwoordde: Verkondig het evangelie, desnoods met woorden!

Ds. Tanno Verboom is predikant (PKN) te Gouda. Mailadres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

  • Raadplegingen: 5065