33e jaargang nr. 3 (jan. 2019)
thema: Zorg voor de schepping
E. Messelink
Oefenen met hoofd, hart en handen
Een levensstijl ontwikkelen die recht doet aan de schepping betekent een cultuuromslag – ook voor christenen. Met af en toe een preek kom je er niet. Dat is mijn ervaring op grond van mijn werk voor de christelijke natuurbeweging A Rocha. Zorgen voor de schepping betekent oefenen met hoofd, hart en handen.
De manier waarop wij de aarde overvragen is een van de grootste en meest urgente problemen van onze tijd. Het leidt wereldwijd tot klimaatverandering en een groot verlies van biodiversiteit. We functioneren in verbanden en structuren waarin het onrecht zit ingebakken. We zijn bovendien gewoontedieren, die ons deels nog in de ontkenningsfase bevinden: we beschouwen onze manier van leven als normaal. Wil je andere wegen verkennen, dan ga je dwars tegen de cultuur in.
Willen we het over een andere boeg gooien, dan is er veel nodig: meer inzet, educatie, betere technologieën, politiek leiderschap en andere economische systemen. Maar hoe belangrijk dit rijtje ook is; al die stappen raken niet de kern. We hebben een overtuigend en leidend verhaal nodig dat inspireert en in beweging brengt. Het goede nieuws is dat christenen dat verhaal al lang kennen: het is het verhaal van Jezus’ redding, van zijn koninkrijk van recht en vrede. De uitdaging is dat verhaal te verbinden met ons leven; met zijn schepping.
Zorgzaam leven met de schepping begint bij de vraag wat we precies geloven. Toegroeien naar een andere levensstijl is een proces, waarbij vervolgens een aardse spiritualiteit en veel oefeningen onontbeerlijk zijn. Dat proces vergt ook betrokkenheid van (kerkelijke) gemeenschappen. Ik ga de verschillende aspecten in vogelvlucht langs.
Theologische inzichten
Wat betreft de theologie gaat het om drie accenten, die niet altijd de aandacht hebben gekregen die ze verdienen. Allereerst is het inzicht van belang dat in het koninkrijk van God aardse zaken nooit secundair zijn. Als God centraal staat in ons leven, bepaalt Hij ook ons leven met zijn schepping. Als we geloven dat Hij deze wereld met liefde maakte, betekent dat wij ook geroepen zijn liefdevol met zijn schepping om te gaan. God wil hier zijn rijk vestigen, Hij wil dat het hemel op aarde wordt – op deze aarde met haar propvolle supermarkten, stille weilanden, afval waar niemand raad mee weet, te veel CO2 en methaan, dode zones in oceanen, wegsmeltende ijskappen en plastic eilanden in zee. Dat hemelse koninkrijk is relevant voor al die grote, aardse problemen. Dat koninkrijk is onze hoop en onze opdracht.
Vervolgens is het belang te erkennen dat schuld en onrecht in onze relatie met de schepping reëel zijn. Onze omgang met de aarde vraagt de weg te gaan van schulderkenning, gebed om vergeving, herstel en vernieuwing, het gebed om vervulling met Gods geest om nieuwe wegen in te slaan. Of schuldgevoel mensen aanzet om anders te gaan leven, vraag ik me af. Maar schuld door hoe we met de aarde omgaan is reëel. Om het met de apostel Johannes te zeggen: ‘als we zeggen dat we de zonde niet kennen, misleiden we onszelf’. We hebben het evangelie van redding en bevrijding hard nodig voor ons dagelijkse leven met de aarde.
Tot slot, we mogen ontdekken dat de hoop die we hebben concreet geldt voor deze aarde. Christenen zijn mensen van hoop. God redt door crises heen; onszelf en heel zijn schepping. Het komt uiteindelijk goed. En de last van de redding van de aarde ligt niet op onze schouders. We kunnen ontspannen en toegewijd aan de slag gaan in vertrouwen op Hem. Het christelijke geloof is ongelooflijk hard nodig als bemoediging voor ieder die zich inzet voor natuur en milieu. Velen die het zonder geloof doen, zijn cynisch over de toekomst. Christenen kunnen zien op Jezus: met zijn opstandingslichaam is Hij al nieuwe schepping. Hij is het teken dat de nieuwe schepping komt.
Spiritualiteit
Zonder spiritualiteit en (natuur)beleving gaat het niet. Heb je ooit buiten gelopen en je verwonderd over die heldere druppel water aan de grasspriet? Over de parelende zang van de roodborst, terwijl de zon nog niet eens op is? Heb je ooit je adem ingehouden in de natuur en God spontaan gedankt voor een vlinder, een vergezicht of een frisse windvlaag? Heb je het boek van de natuur gelezen en er iets van God in ontdekt? Heb je je verbaasd over de ongelooflijke samenhang in de ecologie?
Of ben je misschien ooit oprecht van je stuk geraakt door zwerfvuil, een nieuwe autoweg door een prachtig natuurgebied, het onrecht dat plaatsvindt in delen van Zuid-Amerika waarbij boeren worden verdreven van hun land – dat wordt klaargestoomd voor uitgestrekte monoculturen?
Als Gods schepping je niet koud laat, kun je vanuit oprechte bewogenheid en betrokkenheid gaan zorgen voor deze aarde. Dan kan het bereiden van de maaltijd een eenvoudige geestelijke oefening worden; het zorgvuldig scheiden van afval wordt een daad van aanbidding; je piekert er niet meer over om zonder gebed het eten snel even weg te werken; en je tekent die petitie tegen onrecht ver weg.
Betrokkenheid bij de schepping is psychologisch gezond: het zou zomaar kunnen dat je jezelf iets minder belangrijk gaat vinden, omdat je ontdekt dat heel die schepping allereerst voor God bestaat. De natuur leert ons Gods grootheid en onze eigen nederigheid. Hij staat in het middelpunt. Onze roeping is deze aarde te laten groeien en bloeien, zodat heel de schepping blijft getuigen van de grootheid van de Schepper.
Oefenen
Tot slot hebben we het nodig om te gaan oefenen. Niets vormt een mens meer dan in beweging te komen en te gaan oefenen. Dat kan heel goed alleen: in je huishouden, in je achtertuin, als je in je auto stapt of op de fiets. In alle aspecten van je leven kun je gaan oefenen met zorgzaam leven. Maar ik denk dat samen oefenen ons nog veel sterker vormt: dat is de kracht van gemeenschappen. Dat je elkaar helpt en ondersteunt. Zeker als je tegen de tijdgeest en cultuur wilt ingaan, heb je elkaar hard nodig.
Ga het doen: die duurzame maaltijd na de kerkdienst. Laat ieder presenteren wat hij heeft gemaakt. Ontdek weer de goede smaak van het eten, door God gegeven. Start samen een volkstuin, adopteer een park of natuurgebied en ga er samen voor zorgen. Je leert, ontdekt en geniet. Je vormt je eigen betrokkenheid bij een concreet stukje van Gods aarde. Sta jezelf toe er te wortelen – je echt te verbinden.
Deze tijd heeft veel inspirerende voorbeelden nodig van gemeenschappen die laten zien dat het anders kan. Die kiezen voor delen in plaats van bezitten. Voor zorgzaamheid in plaats van uitbuiting. Voor eenvoud in plaats van luxe. Voor lokaal in plaats van globaal. Voor hoop in plaats van wanhoop. Hier liggen kansen voor kerken om hun geloof handen en voeten te geven.
De Anglicaanse kerk kent de vijf ‘marks of mission’, vijf kenmerken van een missionaire kerk. De eerste drie zijn wellicht vertrouwd: het uitdragen van het goede nieuws van het evangelie, het onderwijzen van nieuwe gelovigen en het omzien naar anderen. De laatste twee gaan over de inzet voor gerechtigheid in de samenleving en over zorg voor de schepping. Ik zie veel kansen voor missionaire, groene gemeenschappen waarin christenen herontdekken hoe het eenvoudige leven in verbinding met mensen en de schepping eruitziet.
Embert Messelink is directeur van de Nederlandse tak van de christelijke natuurbeweging A Rocha.
Mailadres:
- Raadplegingen: 2299