33e jaargang nr. 5 (mei 2019)
thema: Dordt verbindt?!
Gerrit de Fijter
Nationale Synode
Christenen zijn gebonden aan Christus
Ook voor wie maar een beetje van de Bijbel afweet, is het overduidelijk: de eenheid van de christenen is een absoluut gebod. In het vaak geciteerde hogepriesterlijk gebed uit Johannes 17 bidt de Heere Jezus om de eenheid van allen die in Hem geloven. Dus wie je er ook maar over spreekt: in elk kerkgenootschap is men ervan overtuigd dat Gods woord het ons zó voorhoudt.
Waarom zien wij binnen het protestantisme geen kans royaal gestalte aan deze zo belangrijke tekst te geven? Een tekst uit de mond van de Heere Jezus zelf! In de traditie waarin ik sta, hechten we aan het onvoorwaardelijke gezag van de Bijbel. En dat is goed. Wij willen graag recht doen aan wat Gods Woord van ons vraagt. En we benadrukken: laten staan wat er staat. Gods Woord is de laatste beroepsinstantie.
Daarom valt het niet te begrijpen dat de verdeeldheid zo’n geaccepteerde zaak is terwijl men over allerlei andere kwesties bereid is verbanden te breken. Vele gelovigen halen hun schouders op bij dit woord van Jezus. Natuurlijk, men stemt ermee in, om het vervolgens te laten voor wat het is. Het is ons tot schuld, klinkt er hooguit.
Een vooraanstaand theoloog zei tegen me: het is niet meer te veranderen. Maar de eenheid waar Jezus om bidt, is niet alleen een dringende eis van gehoorzaamheid aan Hem. Het is ook een zaak van het zelfbehoud van de kerken in ons zo geseculariseerde land.
De vorming van de Protestantse Kerk in Nederland, op 1 mei 2004, vormde de aanleiding tot oprichting van de stuurgroep Nationale Synode. In die kerkfusie gingen de oude Nederlandse Hervormde Kerk, met de van haar afgesplitste Gereformeerde Kerk Synodaal en de Evangelisch-Lutherse Kerk samen verder. Na 43 jaar discussiëren kon een stevig deel van het verbrokkelde Nederlandse protestantisme voor een deel gestalte geven aan het Bijbelse appèl tot de éénheid van christenen.[1]
In de ogen van bepaalde groeperingen binnen die drie kerken was die eenwording een verkeerde weg. Het gevolg was dat in plaats van vermindering van het aantal kerken op onze vaderlandse bodem er juist een uitbreiding plaatsvond. En ook in die tijd werd vaak uit Johannes 17 geciteerd.
Verdeeldheid is crisis
Toen de Nationale Synode (nieuwe stijl) in 2008 ontstond was ook op internationaal niveau al een soortgelijke zoektocht naar eenheid gaande. De Wereldraad van Kerken, die alleen door een bepaald segment van de internationale christenheid gedragen werd en weinig of geen deelnemers kende uit de evangelicale en pentacostale christenheid, riep het Global Christian Forum in het leven.[2] Dit was een ‘onafhankelijke ruimte’ voor die delen van de wereldwijde christenheid die zich niet of minder goed konden vinden in de gang die de Wereldraad tot dan toe gegaan had. Het idee van de toenmalige secretaris-generaal Dr. Konrad Raiser werd handen en voeten gegeven door de Nederlander Huib van Beek.[3] Insteek was het geloofsgesprek. Daarmee wilde men een correctie aanbrengen in het tot dan gevoerde beleid. Het teveel aan organisatorische inzet werd verminderd en de zoektocht naar eenheid werd meer spiritueel gekleurd. Bij die geloofsgesprekken kwam de helft van de aanwezigen uit de gevestigde, traditionele kerken en de helft uit evangelicale en pinksterkerken. Bij de eerste Nationale Synode van 2010 in de Grote Kerk van Dordrecht werd twee dagen lang dezelfde methodiek toegepast.
Een jaar later volgde in Nederland het zogenoemde ‘Manifest voor eenheid’. Aan de basis daarvan stonden vertegenwoordigers van de Protestantse Kerk in Nederland, de Verenigde Pinkster- en Evangeliegemeenten, terwijl de Rooms Katholieke Kerk vertegenwoordigd was in de persoon van de toenmalige bisschop van Groningen-Leeuwarden.[4] Enkele duizenden mensen ondertekenden dit manifest.
In haar nieuwe zoektocht naar kerkelijke eenheid liet de nieuwe Nationale Synode zich inspireren door de oude, uit 1618-1619. Ook in die totaal andere tijd was de synode een instrument in het zoeken van eenheid. Weliswaar waren in die tijd kerk en staat nauw met elkaar verweven, maar het was mogelijk gebleken om in die crisistijd van onze Nederlandse geschiedenis een nieuwe weg te vinden voor kerk en staat.
Het was prof. dr. A. van de Beek die attendeerde op het boek The Church in Crisis van Philip Hughes. ‘Als de kerk samenkomt in een bijzondere vergadering is dat omdat er een crisis is. Als de kerk in Nederland samenkomt in een nationale synode, is dat niet anders. De kerk in Nederland verkeert in een diepe crisis.’
Wat betekent het dat de gemeenschap met Christus christenen bijeenbrengt? Bij het beantwoorden van deze vraag, moet niet de afslag van ‘de oecumene van het hart’ genomen worden. Dat is te gemakkelijk en te min voor een kerk die present wil zijn vanwege de presentie van Christus in haar midden. Die oecumene van het hart is mooi, maar – in de woorden van Van de Beek – ‘zij is te zwak om de eenheid van Christus te dragen. De eenheid van Christus is Hijzelf en als onze wederzijdse herkenning van geloofsbeleving Hem moet dragen dan is het snel voorbij. Het is veeleer omgekeerd: onze ontmoeting kan alleen maar waardevol zijn als zij voortkomt uit het diepe besef dat Hij de identiteit van ons zondige leven heeft overgenomen. Hij draagt ons en niet omgekeerd.’[5]
Wie vervolgens tóch een andere afslag neemt, ontdekt al spoedig dat die route zoveel kuilen en gaten kent dat de botsing tussen waarheid en eenheid je uiteindelijk met een kokende motor aan de kant van de weg doet belanden.
Bij de eerste Nationale Synode (nieuwe stijl) in 2010 schetste prof. dr. E. Peels de situatie van 1618-1619 als volgt: ‘Binnenin de kerk: ernstige, eerbiedwaardige ambtsdragers en theologen die langdurig vergaderden over grote en diepe zaken uit het evangelie, die toen in het geding waren. Buiten de kerk: de ogen van het hele Nederlandse volk met spanning op Dordrecht gericht, op wat hier gebeurde. Bij wijze van spreken de slagersknecht op straat, de klanten in de apotheek – ze dachten en praatten allemaal mee. Niet alleen de kerk, maar ook de politiek en de samenleving waren zeer verdeeld. Na afloop van de Nationale Synode ebde die spanning geleidelijk weg. Vanaf 1619 begon de protestantse kerk in Nederland, pas een goede eeuw oud, zich al breder te ontwikkelen.’
Die protestantse kerk van toen was een ongedeelde kerk, zeg maar in al haar breedte ‘de schare’ waar eeuwen later Noordmans over spreekt. Hij omschrijft dan de schare als ‘die massa of menigte, die in haar geheel wel bij de kerk behoort, maar waarvan de individuen niet tot gemeentelijk leven zijn ontwaakt’.[6] Daarin klinkt bij Noordmans het verlangen door naar continuïteit van een belijdende kerk voor alle mensen. Een kerk waarin uiteraard velen de klok hebben horen luiden maar niet echt weten waar de klepel hangt.[7]
Get Out
Rondom het vierhonderdjarig jubileum van de Nationale Synode verschenen inmiddels twee glossy’s. De een draagt de naam Dordt400 [8], de andere Get Out. De eerste komt uit de koker van de Nationale Synode (nieuwe stijl). De tweede is een jubileumeditie van de Remonstrantse Broederschap.[9] Het ‘Get Out’ is een verwijzing naar de uitspraak van de toenmalige voorzitter van de Dordtse synode, Johannes Bogerman. Hij riep de remonstranten op die synode toe: ‘Dimittimini, exite, exite’. Op 14 januari 1619 verlieten de veertien remonstranten de Dordtse synode met alle gevolgen van dien. Vandaag zeggen daarom de vertegenwoordigers van de Remonstrantse Broederschap: ‘Wij kunnen geen ‘Ode aan de Synode’ brengen zoals het gemeentebestuur van Dordrecht samen met de Nationale Synode (nieuwe stijl) het jubileum naam hebben gegeven.’ Want uiteindelijk leidde vierhonderd jaar geleden de zoektocht slechts naar een selectieve eenheid onder de christenheid in ons land. Nog afgezien van de geheel afwezige Rooms Katholieke Kerk indertijd. De brede christelijke kerk toen was een gebroken kerk.
Vandaag is het nog zo. Tegelijkertijd klinkt bijna in alle kerken in Nederland de geloofsbelijdenis van Nicea-Constantinopel. Die zegt in de oorspronkelijke tekst ‘Wij geloven in één heilige katholieke en apostolische kerk.’ Hoe moet dat dan gestalte krijgen als alleen maar groepsgewijs christenen zich bijeen voegen en anderen laten voor wat het is? Prof. Van de Beek stelde in 2013 de vraag op de Nationale Synode: ‘Is er nog een gezamenlijk ‘we’ voor de kerk? Alleen dan kunnen we ook samen onze identiteit vinden. Het vinden van dit ‘wij’ is de eerste noodzaak om de crisis het hoofd te bieden en om dat te vinden is het nodig dat ‘wij’ samenkomen. Een nationale synode kan daarvoor een begin zijn. Het Westen heeft moeite met ‘wij’.’ In het Westen heeft men het ‘wij’ binnen twintig jaar vervangen door ‘ik’. Ik geloof. En ik geloof op mijn manier. Protestanten spannen daarin de kroon. Het is de hoogste tijd om weer te gaan denken in ‘wij’.
Graag onderstreep ik dat verlangen naar ‘wij’ in de overtuiging dat één belijdende christelijke kerk in Nederland tot de mogelijkheden behoort. Jawel, gewoon in de weg van de bekering. Wat voor een bekering is dat dan? De weg van ootmoed, ootmoed en nog eens ootmoed. In het geloof weten christenen zich door Christus aanvaard, ondanks tekortkomingen en gebreken. Dat geeft grote vreugde in het beleven van de verborgen omgang met de Levende God, Vader, Zoon en Heilige Geest. Zó geeft het ook veel vreugde wanneer kerken en geloofsgemeenschappen zich aanvaard weten door medechristenen en zij op hun beurt kunnen en mogen aanvaarden vanwege Christus. Inderdaad, ook ondanks tekortkomingen en gebreken.
De oecumenische betekenis van Dordt
Volgens dr. H. Kaajan was de Nationale Synode van 1618-1619 eigenlijk een gereformeerd oecumenisch concilie.[10] En wel op het niveau van het latere poldermodel in Nederland. De samenstelling van de deelnemers was internationaal, met over het algemeen gereformeerde theologen uit geheel Europa. Met elkaar waren ze in al hun diversiteit wel ‘tien keer gereformeerd’, om met een bekende boektitel te spreken uit de tachtiger jaren van de vorige eeuw. Aan het begin van déze eeuw probeerde Andries Knevel in EO-radio-uitzendingen duidelijk te krijgen hoe het er aan toe gaat met ‘allemaal gereformeerden’, zoals hij vervolgens zijn boek noemde.[11]
Als we nu eens kijken naar de gereformeerde betrokkenheid op de Nationale Synode dan valt er iets op: de gereformeerden die trouw zijn in het belijden (Nicea en daarbij ook de gereformeerde belijdenisgeschriften) lijken geen stap verder te komen in de zoektocht naar elkaar. De eenheid waar de Jezus om bidt is dan alleen te vinden binnen het eigen kerkgenootschap.
Het Dordt van 1618-1619 was dan toch anders. Het internationale gezelschap kende vele tolerante gereformeerde theologen. Eén van hen was de Engelse bisschop dr. Joseph Hall. Zoals de meeste Engelse gedelegeerden een gematigd mens. In een preek zei Hall: ‘Er is tweeërlei theologie: een schoolse en een voor 't volk. De laatste vormt een christen, de eerste een rede-twister.’ Later werd Hall, omdat hij ziek werd, vervangen door Thomas Goad, die zich vervolgens voegde in het kamp van de Arminianen.
Bij alle verscheidenheid bleef op de synode van Dordt toch de toon van de eenheid een vast fundament onder alle verschillen. Vandaag willen we niet anders. En meer dan toen ontdekken we in de geloofsgesprekken dat zij die de naam van Christus over hun leven geschreven weten veel dichter bij elkaar staan dan aanvankelijk gedacht. Hoe opmerkelijk is het dat christenen uit allerlei werelddelen die hier in hun internationale (migranten)kerken samenkomen zich herkennen in het belijden van de mainstream kerken in Nederland? Hier valt veel te leren van elkaar.
Voor allen is de ‘Credotekst’ van de Nationale Synode in de lijn van Nicea een herkenningsmelodie. Het gaat immers om die éne Herder, die slechts één kudde heeft. De Nationale Synode (nieuwe stijl) streeft ernaar om stem te geven aan een fundamentele eenheid in het luisteren naar de stem van de Goede Herder in een samenleving met een seculiere meerderheid.
Belang van de Nationale Synode (nieuwe stijl)
Op 29 mei wordt het werk van de Nationale Synode uit de afgelopen tien jaar getild naar het beslissingsniveau van de deelnemende kerken en geloofsgemeenschappen. Er is veel vertrouwen ontstaan in de achterliggende tijd. Tegelijkertijd is de noodzaak om als christenen schouder aan schouder te staan in ons seculiere land duidelijker geworden. Zoals bekend zijn we als Nationale Synode wars van een eenheidsdringen waarbij de slogan past: eendracht maakt macht. Dan wordt het nooit wat. Maar als de kerken en geloofsgemeenschappen elkaar herkennen als leden van het ene lichaam van Christus dan is er perspectief. Maar dan moet het geloofsgesprek wel gevoerd worden op de manier van het Global Christian Forum: luisteren naar de ander, respecteren en vertrouwen. Daarvoor is een onafhankelijk instituut nodig om te voorkomen dat bijvoorbeeld het idee postvat dat de beweging van de Nationale Synode een verborgen imperialistisch streven is om meerderen bij de Protestantse Kerk in Nederland te betrekken. Nu is het aan de kerken en geloofsgemeenschappen om echte stappen te zetten. Het onafhankelijke instituut Nationale Synode kan daar een verbindende rol in blijven spelen. Velen hebben zich inmiddels geschaard achter de Verklaring van Verbondenheid, die we op 29 mei met elkaar zullen ondertekenen. Er kunnen stappen gezet worden. En er kunnen nog meer kerken bij. Er is nog veel werk te verzetten, maar we doen dat in onderling vertrouwen. Dat mag niet beschaamd worden.
De tekst van de Verklaring van verbondenheid kunt u vinden via: https://www.nationalesynode.nl/verklaring/
G. de Fijter is emeritus predikant (PKN) te Kampen en voorzitter Stuurgroep Nationale Synode. Mailadres:
[1] Op 12 december 2003 stemden de synodes van de drie betrokken kerken met de fusie in. De synodevergaderingen vonden plaats in Utrecht in de Jacobikerk (Hervormde synode), de Nicolaïkerk (Gereformeerde synode) en de Evangelisch-Lutherse Kerk (Evangelisch Lutherse synode). Op 1 mei 2014 werd die samensmelting een feit. Zie: www.protestantsekerk.nl
[2] http://www.globalchristianforum.org
[3] Huib van Beek. Zie: https://www.academia.edu/37816275/Global Christian Forum Its Contribution to the Ecumenical Movement.
[4] www.wijkiezenvooreenheid.nl.
[5] A. van de Beek op de Nationale Synode (nieuwe stijl) van 2013.
[6] O. Noordmans, ‘Kerk en schare’, in: Verzamelde werken, deel 5, 246-249.
[7] G. de Fijter en J. van ’t Kruis in Spirituele oecumene , verschijnt medio september 2019.
[8] Dordt400 is een uitgave van Vuurbaak, REFO500 en de Nationale Synode.
[9] Glossy’Get Out’ is een uitgave van de Remonstrantse Broederschap. Zie www.remonstranten.nl
[10] H. Kaajan, De groote synode van Dordrecht in 1618-1619, Amsterdam 1918. Kajaan schrijft: ‘In zekere zin had men in Dordt een Gereformeerd oecumenisch concilie.’ (p. 3)
[11] Andries Knevel, Allemaal gereformeerden, Kampen 2009.
- Raadplegingen: 2307