Skip to main content

37e jaargang nr. 1 (sept. 2022)
thema: Ongehoorde stemmen in de Bijbel

Els Klok
Een stem die gehoord moet worden
Marcus 5:1-20

Wie het verhaal van de bezeten man wil begrijpen, doet goed om te beginnen bij het verhaal daarvóór. De leerlingen zien toe hoe Jezus op het meer een storm zijn wil oplegt. Ze zijn verward. In de Hebreeuwse Bijbel was het God de HEER die macht had over wind (Ps. 104:4) en water (Ex. 15:7). Wat betekent dat voor wie Jezus is? Met het volgende verhaal wil de auteur van het Marcusevangelie een aanzet geven tot een antwoord op die vraag.

Na de overtocht komt Jezus aan in de streek van Gerasa, een stad buiten Galilea in het gebied van de Dekapolis. Onmiddellijk komt hem iemand tegemoet. Het is een man die onrein is: hij leeft buiten de stad, hij woont tussen graven en hij is niet of schaars gekleed. Onrein kan een sociologische categorie zijn: onrein is alles wat buiten de normale orde valt, wat als ‘vies’ of ‘aanstootgevend’ wordt ervaren. Deze man paste duidelijk niet in de sociale orde van de stad. In zijn razernij was hij gewelddadig en binnen de samenleving was er voor hem geen plaats. Hij was een bedreiging voor de sociale orde en werd daarom naar de marge geduwd.

Cultisch
Onrein was in het jodendom ook een categorie die belangrijk was voor de cultus: wie of wat onrein was mocht niet naderen tot God in de tempel. Dieren met een gebrek mochten niet dienen als offerdier, mensen met een huidziekte konden niet komen bidden en offeren in de tempel. De man die hier tot Jezus nadert mankeert niets aan zijn lichaam, maar heeft een onreine geest.
Wij zijn geneigd om die onreine geest psychologisch te duiden. In bepaalde omstandigheden hebben mensen meer kans op geestesziekte. Onderdeel uitmaken van een koloniaal systeem, als nobody in het Romeinse Rijk, was ziekmakend: mensen hadden beperkte vrijheid en veiligheid en werden uitgebuit. We zouden deze man dus kunnen begrijpen als de kanarie in de kolenmijn: de enkeling die laat zien hoe ziekmakend het systeem van het Romeinse Rijk is.

Politiek
Maar dat is slechts één uitleg. Vaak is ook gepleit voor een politieke uitleg van dit verhaal. De man legt immers aan Jezus uit dat de naam van zijn demon ‘Legioen’ is? Daarmee ligt een link met het Romeinse leger voor de hand. Zeker als je weet dat het legioen dat in Jezus’ dagen in Syrië gelegerd was op zijn standaard een afbeelding van een zwijn had. Is dit verhaal een voorbeeld van hidden resistance, verborgen verzet, tegen de Romeinse overheersing? Laat Jezus hier zien dat Gods koninkrijk aanbreekt ten koste van het Romeinse Rijk?

Geestelijk
Een andere optie is dat wij de man met de onreine geest en Jezus’ bevrijding van de onreine geesten zien als een geestelijke strijd. Nadat Jezus eerst wind en water zijn wil heeft opgelegd, laat hij nu zien dat hij heerser is over de demonen. Jezus’ prediking dat het koninkrijk van God dichtbij gekomen is, zet hij nu kracht bij met daden. Hij laat zien dat God koning is en dat zijn heerschappij heel tastbaar is, dat God voet aan grond heeft, zelfs daar aan de overzijde van het meer.
Maar daar waar wij geneigd zijn om het leven op te delen in verschillende aspecten (het psychologische, het politieke, het geestelijke), moeten de eerste ontvangers van het Marcusevangelie dit verhaal gehoord hebben vanuit een perspectief op de wereld waarin deze verschillende aspecten verenigd waren. Jezus laat Gods macht zien tegenover de demonen en daarmee over het kwaad dat zich op verschillende lagen manifesteert in het leven. Dat Gods koninkrijk aanbreekt heeft betekenis voor al die lagen.
Jezus bedeelt de genezen man daarom ook een rol voor dat koninkrijk toe. Maar verrassend genoeg vraagt Jezus de man niet om hem te volgen, ook al smeekt de man daar om. Hij vraagt hem om terug te gaan naar zijn huis en naar ‘de zijnen’, naar het sociale systeem waar hij uit afkomstig was, het systeem dat hem eerder niet meer verdroeg. Heelmaking van de man met zijn gefragmenteerde geest betekent voor Jezus ook dat hij weer onderdeel mag uitmaken van het collectief. In de oudheid was het collectief veel belangrijker dan nu. We kunnen ons dat bijna niet voorstellen. Daar waar wij in de eerste plaats een individu zijn – of willen zijn – zag men zich in de oudheid allereerst als onderdeel van een groep. Toch wil de genezen man zelf liever met Jezus mee. Hij ziet een bestaan in de marge van de samenleving samen met Jezus wel zitten. De marge is de plaats waaraan hij gewend is en daarmee is het voor hem een veilige plaats. Maar Jezus wil de man uít de marge hebben. Hij wil dat zijn stem gehoord wordt in het centrum, in zijn eigen sociale context. Voor Jezus is het niet voldoende als er een nieuw plekje voor deze man gecreëerd wordt: hij beoogt re-integratie in het collectief waar de man deel van uitmaakte. Niet om hem een brave burger van het Romeinse Rijk te maken, maar een vooruitgeschoven post van het koninkrijk van God.
En dat wordt hij. Daar in zijn eigen context getuigt hij van wat God voor hem gedaan heeft. Zijn toehoorders staan verbaasd (Marc. 5:20). Zijn ervaring is voor hen onvoorstelbaar. Hoe kan iemand die zo buiten zinnen was, nu weer normaal zijn? En waarom liet Jezus toe dat de demonen in de zwijnen trokken? Wat er gebeurd is, maakt hen bang (Marc. 5:15).

Stemmen uit de marge
Hoe zouden wij reageren op deze man? Staan wij open voor stemmen uit de marge? Mensen die jarenlang aan de rand van de samenleving hebben geleefd, hebben totaal andere ervaringen dan mensen die zich meer in het centrum van de maatschappij bewegen. Ik denk aan mensen die chronisch ziek zijn (geweest), mensen die buiten het arbeidsproces terecht zijn gekomen, mensen met een psychische kwetsbaarheid of mensen zonder dak of thuis. Hun ervaringen worden niet automatisch gehoord. Zelfs in de kerk vinden we bijvoorbeeld het verhaal van iemand die door gebed wonderlijk genezen is ingewikkeld. Want waarom wordt de één wel genezen en de ander niet? Wat zegt dat over wie God is?
Wie in de marge van de maatschappij leeft en daar God ervaart, heeft soms een andere ervaring van Gods kracht dan een keurige burger uit de middenklasse, zoals die in de kerk veel te vinden zijn. Wie in de marge ervaren heeft dat God sterker is dan het kwaad, weet wat het betekent dat Gods koninkrijk dichtbij is, dat kwade machten niet het laatste woord hebben. Wij moeten luisteren naar deze stemmen, ook als hun getuigenis ongemakkelijk is, omdat het onze voorstelling van hoe de dingen zijn op de kop zet. Wij moeten luisteren, ook als wij deze stemmen als bedreigend ervaren of als ‘onrein’ omdat zij onze sociale of morele orde op de kop zetten. Deze mensen hebben mogelijk meer ervaring dan wij met hoe duister de werkelijkheid kan zijn en kunnen ons ook uit ervaring vertellen wie Jezus is: dat zijn kracht verder reikt dan alles waar wij bang voor kunnen zijn.

E. Klok is predikant in de Lichtkring te Alphen aan den Rijn. Mailadres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

 

  • Raadplegingen: 64