Skip to main content

37e jaargang nr. 1 (sept. 2022)
thema: Ongehoorde stemmen in de Bijbel

Barbara Lamain
Stemmen van vrouwen in de Bijbel

Het merendeel van de preken, die ik in mijn leven heb gehoord, zijn geschreven en gehouden door mannen. Het merendeel van de preken die ik in mijn leven heb gehoord gingen over mannen. Natuurlijk waren er ook preken over de aartsmoeders, over de vrouwen uit het geslachtsregister van Jezus, over Maria, over de vrouwen die Jezus ontmoetten. Soms waren ze prachtig. En soms tenenkrommend. Hoe dan ook: Er misten stemmen, en er misten perspectieven. Juist ook die van vrouwen.

Identificatie: jezelf herkennen in verhalen van een ander en daardoor je eigen leven kunnen duiden. Identificatie is cruciaal bij het horen van de verhalen uit de Bijbel. Herken je jezelf in de verhalen? En nog belangrijker: ontmoet je daardoor God? Kunnen wij onszelf herkennen in verhalen van koningen uit het Oude Testament, bijvoorbeeld? Sommigen van ons met een groot inlevingsvermogen misschien wel. Of in de verhalen van de twaalf discipelen? Die komen waarschijnlijk wat dichterbij. En toch, het blijft een vertaalslag die lastig kan zijn door de tijd die ertussen zit. Door de andere levenssituatie en ook door het andere geslacht.

Leesrooster
Er zijn ongeveer 2,3 miljard christenen in de wereld. Het merendeel van hen behoort tot een kerkgenootschap dat het katholieke of een vergelijkbaar leesrooster gebruikt. Zij horen de Bijbel dus via het leesrooster. In het algemeen zijn vrouwen daarin minder goed vertegenwoordigd dan in de Bijbel als geheel. In het Oude Testamtent zijn er minstens 111 vrouwen die bij name genoemd worden – dit aantal is ondervertegenwoordigd in het leesrooster en dus ook in veel schriftlezingen en preken.
Hoe klinkt de boodschap van God als deze tot ons komt via verhalen van vrouwen? Vrouwen die op de voorgrond staan, maar misschien niet zozeer belicht worden. Of vrouwen die zich bevinden in de marge van de Bijbel. Hoe ziet een leesrooster eruit als verhalen van vrouwen daarin meer plek krijgen? Hoe klinkt het verhaal van God als het verteld wordt via verhalen van vrouwen die onrecht hebben geleden, of wiens stem vaak niet is gehoord?
Deze vragen hebben onlangs twee vrouwen ertoe geïnspireerd een nieuw leesrooster samen te stellen. Wilda C. Gafney schreef A Women’s Lectionary for the Whole Church: Year A en Year W (Church Publishing Incorporated, New York, NY, 2021).[1] Ashley M. Wilcox schreef The Women’s Lectionary. Preaching the Women of the Bible throughout the Year (Westminster John Knox Press, Louisville, Kentucky, 2021).[2]

Moeders, leiders, discipelen en ‘troublemakers’
Beiden beogen vrouwen en meisjes in de Bijbel meer zichtbaar te maken, en hun verhalen naar voren te halen. De teksten uit hun leesroosters gaan over vrouwen in allerlei verschillende situaties. Als dochter, vrouw en moeder. En ook als vrouwelijke leiders, slechte koninginnen, gemene stiefmoeders; als discipelen en als ‘troublemakers’. Verhalen over profetessen; over Israëlitische en Judese koninginnen; verhalen over vrouwen die zich verdedigen tegenover de man die hen dreigt te verkrachten en zelfs de man doden. Teksten waarin vrouwen onverwachte macht en handelingsbekwaamheid tonen.
Sommige vrouwen die belicht worden zijn misschien bekend en voor de hand liggend. Zoals de aartsmoeders Sara, Rebecca, Rachel en Lea; Ester, Maria, en de vrouwen rondom Jezus. Ook de vrouwen uit het geslachtsregister van Jezus kunnen tot deze categorie worden gerekend: Tamar (Gen. 38); Rachab (Joz. 2); Ruth (Ruth 1-4); Bathseba (2 Sam. 11-12).
Andere categorieën zijn opvallender of onbekender. Bijvoorbeeld die van slechte koninginnen en boze stiefmoeders: Sara en Hagar (Gen. 21:8-21), de vrouw van Potifar (Gen. 39:1-20); Delila (Recht. 16:6-21); Izebel (2 Kon. 9:30-37); Herodias (Marc. 6:14-29); de grote hoer (Op. 17: 1-6). Of de categorieën vrouwen in de vroege kerk en profetessen. In de categorie vrouwen in de vroege kerk is er aandacht voor: Safira (Hand. 5:1-11, 20-21); Tabitha (Hand. 9: 36-43); Rhodé (Hand. 12:11-16); Lydia en de slavin (Hand. 16: 11-19); Priscilla (Hand. 18:1-4, 24-28). Bij profetessen is er aandacht voor: Mirjam (Ex. 15:1-11, 20-21); Debora (Recht. 4: 1-7); Hulda (2 Kon. 22: 3-20); Anna (Luc. 2: 22-38); dochters die profeteren (Hand. 21: 7-15).
In het leesrooster is ook aandacht voor vrouwelijke, moederlijke beelden voor God. God als een moeder adelaar (Deut. 32: 10-20); bescherming vinden onder Gods vleugels (Ps. 17:1-9); God die een kind baart (Jes. 42: 5-9, 14); God als troostende moeder (Jes. 66: 10-14); God als ouder (Hos. 11: 1-11); God als kwade berin die van haar jongen beroofd is (Hosea 13:2-16); God als hen met haar kuikens (Luc. 13:31-35). Wat betekent het voor ons verstaan van God en onze omgang met Hem als beseffen dat Hij zich ook in dit soort beelden laat kennen?

Vrouwen en patriarchaat
De Bijbel is ontstaan en geschreven in een patriarchale samenleving waarin de vader en man het voor het zeggen had. Dat stempelde het leven van vrouwen. Deze cultuur staat op gespannen voet met de onze. Het schrijven van een preek en het luisteren ernaar vergt dan ook een vertaalslag. Het is goed om te beseffen dat het patriarchale systeem een vorm van bescherming betekende voor vrouwen. Vrouwen die in dit systeem pasten, genoten bescherming gedurende hun hele leven: achtereenvolgens van hun vader, hun man en hun zonen. Dat was hard nodig in een context waarin het niet gebruikelijk was voor vrouwen om hun eigen boontjes te doppen en in hun eigen levensonderhoud te voorzien.
Veel van de Bijbelverhalen over vrouwen gaan over vrouwen die buiten het systeem van de patriarchale bescherming vielen. Dit betekende een gebrek aan bescherming: fysiek, financieel en qua plek in de maatschappij. Bijvoorbeeld de vrouwen die onvruchtbaar zijn en bidden om een zoon. Of de vrouwen wiens man sterft en die hen achterlaten zonder ondersteuning.

#MeToo
In de Bijbel lezen we ook veel over seksueel geweld tegen vrouwen. We kunnen onszelf de vraag stellen of we in de kerk genoeg aandacht besteden aan deze teksten. Zeker ook in het licht van deze tijd. #MeToo zien we te vaak als iets wat niet over ons gaat. Het gaat ook over ons. Zowel in ons leven buiten de kerk als in de kerk — #ChurchToo.
Veel preken die ik in mijn leven heb gehoord gingen over zonde en genade. Over verantwoordelijk zijn voor je eigen daden: je bent zelf helemaal verantwoordelijk tegenover God. Over de noodzaak van berouw en vergeving, van genade en bekering. Dat zijn thema’s die belangrijk zijn in de Bijbel; die de hele Bijbel door te herkennen zijn en horen tot de kern van het evangelie.
En toch. Het ging weinig over systemisch onrecht, over machtsverschillen en de schadelijke gevolgen daarvan. Het ging weinig over zonde die jou aangedaan wordt en over geweld tegen vrouwen. Ook door ‘helden’ uit de Bijbel, die naast dat ze held waren – op sommige momenten – ook keihard onderuitgingen en daarbij niet alleen schade berokkenden aan zichzelf, maar ook aan mensen om zich heen, zeker ook aan de vrouwen.

In mijn leven heb ik vele preken gehoord over David en Bathseba (2 Sam. 11 en 12). In bijna alle preken die ik erover gehoord heb, is dit verhaal het klassieke Bijbelse voorbeeld voor overspel. Met soms de suggestie, en soms uitgesproken dat zowel David als Bathseba dit wilden. En soms zelfs de suggestie dat Bathseba het ernaar gemaakt had. Alsof Bathseba hier ook maar iets te willen heeft gehad. David ziet, hij wil, hij geeft opdracht en hij neemt. Dit verhaal gaat niet over overspel. Het gaat over machtsmisbruik en over verkrachting. Er is niets in dit verhaal dat erop wijst dat zij dit wilde of dit fijn vond. Bathseba zegt geen woord in het verhaal. Het gebeurt met haar.

Eén hoofdstuk daarna lezen we een ander verhaal over seksueel geweld tegen een vrouw: Amnon, zoon van David, vergrijpt zich aan zijn halfzus Tamar (2 Sam. 13: 1-22). Over systemisch onrecht gesproken. Het is een verhaal waarin mannen – ook David – meewerken aan het faciliteren van een cultuur waarin dit gebeurt. In de hoofdstukken hiervoor staat beschreven hoe hij faalde als echtgenoot, man en koning. In dit verhaal lezen we hoe hij ook faalt als vader. Ook binnen zijn eigen context van patriarchaat. Daarbinnen was het namelijk zijn verantwoordelijkheid om zijn dochter te beschermen. Ook tegen de broers. Dat doet hij niet.
Het is een verhaal waarin Amnon de handen boven het hoofd wordt gehouden en waarin haar broer Absalom uiteindelijk vindt dat Tamar er het beste over kan zwijgen. De doofpot in, hier praten wij niet over. Een verhaal van schrijnend onrecht. Ook een verhaal van moed. Als er één is die moed toont in dit hoofdstuk, is Tamar het. Als er één is die in actie komt tegen het onrecht, in woorden en daden, dan is zij het. In de zeer dreigende situatie waarin Amnon op het punt staat zijn wandaad te begaan, neemt zij het woord. En hoe. Ze smeekt hem het niet te doen en voert zeven redenen aan waarom dit niet kan en mag en beroept zich op de Torah. Maar hij gaat door. Vervolgens gooit hij haar op straat.
En ondanks dat, heeft zij de kracht en heeft ze de moed om een scene te maken op straat: een daad van verzet tegen het onrecht dat haar is aangedaan. Ze gooit stof over haar hoofd, scheurt haar kleed, luid jammerend gaat ze over straat naar huis. Zoals iemand doet die in de rouw is. Zoals een profeet publiekelijk uitbeeldt wat de realiteit is.
Het verhaal van Tamar: een afschuwelijk verhaal dat ik liever niet lees. Toch is het belangrijk dat we deze verhalen wel lezen in de kerk. Waarom? Voor veel mensen is zo’n verhaal niet alleen een tekst, maar werkelijkheid. Ze hebben het recht om te weten dat hun verhalen ook deel uitmaken van de Heilige Schrift.

Vinden wij ons eigen verhaal in de Bijbel? En daarmee: ontmoeten we God in ons verhaal? Ook op onze donkerste bladzijden? In onze wereld nu vallen mensen van hun voetstuk. In de Bijbel ook. Dat is ontluisterend en tegelijkertijd: door al die ontluisterende verhalen in de Bijbel ontdekken we dat God deze mensen niet in hun eigen sop laat gaar koken, maar dat Hij door al die brokstukken heen doorwerkt en zorgt voor toekomst en voor heil. Wanneer we dat ontdekken in de Bijbel, kunnen we dat ook ontdekken in ons eigen leven.

B.E. Lamain is predikant van de Protestantse Gemeente ’t Woudt – Den Hoorn en redacteur van Kontekstueel. Mailadres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.

[1] Wilda C. Gafney is ‘priest’ in de Episcopal Church en hoogleraar Hebreeuwse Bijbel aan Brite Divinity School van Texas Christian University in Fort Worth, Texas.
[2] Ashley M. Wilcox is een Quaker predikant, oprichter van Church of Mary Magdalene en geeft online preekles- en coaching.

 

  • Raadplegingen: 59