Skip to main content

nr6 • 2011 • Kroniek - 'Campingstory'

 

juli 2011 (25e jaargang nr. 6)

Kroniek – ‘Campingstory’

C. van den Berg

Op het internet circuleert een Bananasplit-achtig filmpje, waarin een meisje op een wrede manier wordt gefopt. In haar vriendenkring is bekend dat zij behoorlijk geobsedeerd is door The Left Behind-serie van Tim Lahaye. In deze boekenreeks gaat het over de eindtijd. Centraal daarin staat de zogenoemde ‘opname’ (The Rapture) van de gelovigen. Volgens deze visie zal Jezus vlak voor het eind der tijden zijn gelovigen opnemen in de hemel, zodat zij bewaard worden voor de Grote Verdrukking.

Nu willen de vrienden van het meisje een grap met haar uithalen. In de overvolle schoolkantine wordt ze opgebeld voor een persoonlijk gesprek. Ze verlaat de ruimte en als ze na verloop van tijd terugkomt, ziet ze tot haar grote schrik nog maar een paar mensen zitten. Van de rest liggen er alleen nog kleding en schoenen. Het meisje kijkt verbijsterd, want dit kan voor haar maar één ding betekenen: al die mensen zijn ‘opgenomen’ en zij zelf is left behind! Met andere woorden: The Rapture heeft plaatsgevonden en zij behoort blijkbaar niet tot die happy few. Grote paniek dus en ze begint hartverscheurend te huilen. Na een tijdje komen haar vrienden te voorschijn en wijzen op de verborgen camera… Het meisje lacht door haar tranen heen, maar het is wel als de spreekwoordelijke boer.
Tot zover deze niet echt geslaagde grap (zacht gezegd). Tegelijk vroeg ik me af of al die gelovigen zich ook niet zo gevoeld hebben, die er met Harold Camping van overtuigd waren dat 21 mei 2011 The Rapture zou plaatsvinden. Camping is voorganger en eigenaar van het Amerikaanse radiostation Family Radio. Hij voorspelde dat op 21 mei de Opname zou plaatsvinden. Meer dan 100 miljoen dollar werd besteed aan het bekendmaken van deze boodschap via spotjes, billboards, enz. Niet weinig gelovigen verkochten zelfs hun huis en doneerden het geld aan Campings radiostation. Toen er op 21 mei niets gebeurde – althans niet de voorspelde Opname – waren velen bankroet. Camping zelf dook voor een tijdje onder, om een paar dagen later doodleuk te vertellen dat de nieuwe datum nu 21 oktober is. De financiële donaties zullen niet worden teruggegeven, want ‘We’re not at the end. Why shoud we return it?’ (aldus een woordvoerder van het radiostation). Over pijn gesproken, maar dan in de portemonnee.
Het wrange is dat, terwijl ik deze Kroniek schrijf, Harold Camping een beroerte heeft gekregen. Het is nog maar de vraag of hij 21 oktober haalt of dat hij (rooms gezegd) dan al aan het ‘hemelen’ is…

Nederland
Nu zou een nuchtere Nederlander kunnen zeggen: typisch Amerikaans! Daar laat men zich sneller het hoofd op hol brengen door dit soort apocalyptische abracadabra. Daar heb je een website, www.raptureready.com, waar een rapture index aangeeft hoe dichtbij de Opname is…Toch zit in het Nederlandse (!) Aalten een groep christenen, de zogenoemde ‘wachters van de nacht’, die er heilig van overtuigd is dat het einde der tijden nabij is. Ze blijken ook te weten hóe dat einde der tijden er zo ongeveer uitziet: er zal een grote vloedgolf komen, die Nederland onder water zal zetten. Aalten zal een kustplaats worden! Vandaar dat ze zich daar gevestigd hebben en er de nodige voorraden aan het aanleggen zijn.
Minder obscuur is de Drachtense dominee Orlando Bottenbley. In een interview in Visie verwacht hij de wederkomst van Jezus mee te gaan maken, als hij tenminste gezond blijft. Hij noemt er ook een termijn bij: binnen 25 jaar komt Jezus terug. Willem Ouweneel was in een interview bij Eén Vandaag iets minder expliciet over de termijn, maar ook hij verwacht Jezus’ wederkomst nog mee te maken. Beiden baseren zich op duidelijke tekenen der tijden: de ecologische achteruitgang van de aarde, de toename van christenvervolgingen, de verspreiding van het evangelie over bijna de hele aarde, de stichting van de staat Israël en de terugkeer van de Joden naar het beloofde land. Deze illustere Nederlandse voorgangers schromen dus ook niet – zelfs na Campings vergissing – om boude uitspraken te doen.
Zelf word ik daar altijd een beetje kriegel van. Ik merkte dat pas nog toen een vrouw me na de kerkdienst aansprak. Nu vind ik het over het algemeen fijn als mensen reageren op de preek (zeker als het positief is…). Dat was deze vrouw ook, alleen vond ze het jammer dat ik niet meer durfde te zeggen. Ik dacht: daar gaan we weer; worden wij dominees weer als angsthazen weggezet; hoe komt dat toch? Dat ventileerde ik niet, maar ik vroeg wat ze bedoelde. Ik had volgens haar meer moeten zeggen over de tekenen der tijden en of mensen wel beseffen in welke spannende tijd we leven en dat het niet lang meer duurt, want het is nu precies een generatie na de verovering van Jeruzalem in 1967, dus…,enz. enz. Ik zei dat ik in 1988 ook gehoord had dat het ‘precies één generatie’ was na de stichting van de staat Israël en dat een gemeentelid toen geen nieuwe vloerbedekking kocht, omdat Jezus snel terug zou komen. Met andere woorden: voor iedere situatie kun je wel een bijbeltekst vinden en deze daar op toepassen. Ze schudde haar hoofd. Ik hoorde haar zeggen: ‘Let maar op. Het staat allemaal in de bijbel. Je ziet het gewoon gebeuren.’ Deze vrouw is niet de enige die de werkelijkheid door deze bril bekijkt. De Left Behind-serie is niet voor niets ook in het Nederlands vertaald (als De laatste bazuin) en is bij menig gemeentelid in de boekenkast terechtgekomen.

Millenniarisme
Het gemeentelid, Harold Camping, Bottenbley, Ouweneel, De laatste bazuin; je kunt ze allemaal scharen onder het chiliasme of millenniarisme. Deze theologische stroming gaat er vanuit dat het Koninkrijk van Jezus op aarde gestalte krijgt. Men is daarbij zeer concreet: het gaat om Israël, om Jeruzalem, om een vrederijk, om Jezus die regeert op aarde. Nu heeft dit chiliasme oude papieren: (de vroege) Irenaeus en Wilhelmus à Brakel waren bijvoorbeeld chiliasten. Bovendien deelt men deze aardse verwachting met Israël. Juist die aardsgerichtheid van het chiliasme sprak ook personen als Miskotte en Berkhof aan. Zelf denk ik wel eens: misschien staan zulke chiliasten toch dichter bij de eschatologische verwachting die er in het Nieuwe Testament trilt, dan ik zelf. Hoe komt dat?
Tegelijk heeft A. van de Beek in zijn grote boek over de eschatologie, God doet recht, erop gewezen dat er wel verschil is tussen het moderne en het vroeg-kerkelijke chiliasme. Volgens Van de Beek gaat het in het vroeg-kerkelijke chiliasme om de trouw en rechtvaardigheid van God. Als mensen op aarde hebben geleden, dan moeten ze ook op aarde recht ontvangen, anders zou God niet trouw zijn aan de beloften die Hij door de profeten gesproken had. Het betreft hier dus een theologische interesse. De meeste moderne chiliasten hebben volgens Van de Beek een historische interesse. Zij willen weten hoe het in de toekomst gaat. Zij willen de geschiedenis van morgen schrijven. Het onderzoek dat zij doen, draagt dan ook alle kenmerken van een historisch onderzoek. Zij rafelen de teksten van de bijbel uiteen en plakken teksten samen om een historische pre-constructie van de toekomst te maken. 
Het moderne chiliasme is daarmee duidelijk een kind van de Verlichting. In wezen is er heel weinig verschil met het historisch kritische onderzoek, dat streeft naar een historische reconstructie van het verleden en daartoe ook de teksten uit elkaar rafelt en dwarsverbindingen aanlegt om zo te ontdekken hoe het gegaan is. Het verschil is dat het chiliastische onderzoek zich richt op de toekomst, waarover we geen gegevens hebben. Het is de toekomst die open is en in Gods hand ligt. Deze toekomst is ook niet te berekenen. Volgens Van de Beek zijn de tekenen in de bijbel ook niet bedoeld om te berekenen, maar om je te bekeren. Een terechte opmerking! Met bekering schiet je zelf, maar ook de wereld om je heen, meer op dan met berekening. Als Jezus in Matteüs 25 over het Laatste Oordeel spreekt, blijkt het criterium ook niet te liggen in het feit of je berekening zal kloppen, maar wat je aan de minste van zijn broeders zult hebben gedaan.
Over berekenen en tijdstabellen gesproken. Zou het niet mooi zijn als iemand als Ouweneel hieromtrent dezelfde move maakt als hij met betrekking tot de scheppingsleer heeft gemaakt? Ouweneel was vroeger een fanatiek creationist, maar is intussen tot de (m.i. terechte) conclusie gekomen dat die theorie niet steekhoudend is en dat we als christenen ook echt niet van ons geloof hoeven te vallen, als we over het begin van de werkelijkheid andere inzichten hebben of het misschien allemaal niet zo precies weten. Net zulke bescheidenheid als bij de ‘begintijd’ zou hem (en anderen) sieren als het gaat over de ‘eindtijd’.

Escapisme
G. van den Brink was tijdens de bewuste 21 mei in Amerika. Hij maakte het dus allemaal van ‘dichtbij’ mee. In De Waarheidsvriend van 9 juni 2011 schrijft hij erover. Het valt hem op dat om hem heen de uitgebleven Rapture veel gespreksstof oplevert. Van den Brink schrijft dan: ‘Je zou willen dat christen zijn tot wat andere vragen aanleiding gaf. Het geloof in de opname heeft exegetisch immers een wankele basis. Het komt voort uit een vorm van bijbellezen die teksten isoleert en ze interpreteert zonder het genre ervan voldoende in rekening te brengen. Dat het niettemin zo populair is, vooral onder evangelische christenen, moet dan ook gezien worden als een gevolg van escapisme, van ontsnappingsdrang. Het spreekt vooral christenen aan die ten diepste graag willen ontsnappen aan alle ellende en narigheid van deze wereld. Je moet er niet vreemd van opkijken als die opstelling buitenstaanders juist irriteert: christenen zien de wereld in rap tempo naar de ondergang gaan, maar ze geloven dat ze net voordat het écht misgaat er zelf fijn uitgehaald worden.’
Volgens Van de Brink zit hier een grondfout van zulk denken. God verlost zijn volk namelijk niet uit de wereld, maar mét de wereld. Achter het geloof in de opname schuilt dan ook een gebrek aan solidariteit. In die zin is het allemaal niet profetisch genoeg. De profeten vluchtten of zweefden niet weg bij de tekenen der tijden die zij zagen. Nee, ze bleven solidair met het volk en riepen op tot bekering. Jezus ontsnapte ook niet op het laatste moment aan de ondergang. Hij koost er juist voor om met de mensen om zich heen ten onder te gaan aan het kruis.

Een andere Amerikaan
De laatste tijd luister ik veel naar het album Apocalypse van Bill Callahan. Deze Amerikaanse zanger is niet gelovig, maar weet in zijn liedjes wel een prachtig amalgaam aan klank en tekst op te roepen. Die liedjes zijn allesbehalve escapistisch. Hij houdt het wel klein: hij zingt over zijn eigen apocalyps, het einde dat ook voor hem zeker is. Maar vanuit zijn eigen nederige positie zingt hij ook over zijn land:

America! America!
I watch David Letterman in Australia
Oh America!
You are so grand and gold, golden
I wish I was on the next flight to America

Captain Kristofferson, Buck Sergeant Newbury
Leatherneck Jones, Sergeant Cash
What an army, what an air force, what a marines!
America!
I never served for my country
America! America!

Afghanistan, Vietnam, Iran, Native American
America!
Well everyone's allowed a past they don't care to mention
America! America!

Well it's hard to rouse a hog in delta
And it can get tense around the Bible belt
America! America!

All the lucky suckle teat
Others chaw pig knuckle meat
Ain't enough teat, ain't enough teat, ain't enough teat
Ain't enough teat, ain't enough teat, ain't enough to eat
In America
America! America!
In America

Is Callahan ook onder de profeten? Je zou het een profetisch liedje kunnen noemen, omdat hier op ironische wijze de vinger wordt gelegd op de nodige zere plekken in zijn eigen land. Het liedje werkt als een spiegel, heel ontdekkend…
Je vindt dat ook bij iemand als Stanley Hauerwas. Deze robuuste Amerikaanse theoloog schroomt ook niet om de vinger te liggen op de uitwassen van de Amerikaanse droom, maar evengoed bij de wereldgelijkvormigheid van de civil religion daar. Maar daar blijft het niet bij. Callahan zou je een ‘onheilsprofeet’ kunnen noemen. Goed dat er zulke profeten zijn, die de vinger op zere plekken leggen in onze maatschappij, in ons leven. Maar een zinvol alternatief hoor ik bij hem niet. Bij Hauerwas wel. Hij concentreert zich daarbij op de geloofsgemeenschap. Hij roept de kerk op een ‘contrastgemeenschap’ te zijn, waar geloof, hoop en liefde, vreedzaamheid en verzoening, goedheid en geduld te vinden zijn. De kerk hééft geen boodschap, maar ís boodschap, aldus Hauerwas. Ze is voorbode van het Koninkrijk, dat komt en gekomen is, in Jezus Christus, de Gekruisigde en Opgestane. Hem navolgen, bidden, wachten en goed doen, is wat ons te doen staat. Waakzaam én nuchter. Midden in deze wereld, totdat Hij komt.

Drs. Kees van den Berg is predikant (PKN) te Nieuw-Vennep
Mailadres: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.Dit e-mail adres is beschermd door spambots, u heeft Javascript nodig om dit onderdeel te kunnen bekijken